Interviews

Voorzitter Ketenoverleg Duurzame Metaalbouw Henk Reijnders

Henk Reijnders, foto: Allpro

“Handhaving en hergebruik cruciaal voor verduurzaming metaalsector”

De metaalsector staat voor een grote verduurzamingsopgave. Henk Reijnders is voorzitter van het Ketenoverleg Duurzame Metaalbouw. Met zijn naar eigen zeggen ontnuchterende blik probeert hij het ‘ontzettend ingewikkelde verduurzamingsproces van de metaalsector te versnellen’. Er zijn goede stappen gezet, vindt Reijnders. Maar het kan nog harder. Een gesprek.

Een ontnuchterende blik als voorzitter; wat bedoelt u daar precies mee?

“Naast voorzitter van het Ketenoverleg Duurzame Metaalbouw ben ik ook ondernemer (Reijnders is directeur van Allpro, producent van metalen gevels red.). Dat heeft een voordeel. Ik ken de markt, en weet precies hoe nieuwe regels en wetten neerslaan in de praktijk. Ik heb daardoor een andere blik dan mijn collega’s in het ketenoverleg, die veelal branches vertegenwoordigen. Tijdens vergaderingen zie ik het als mijn taak om de ‘realiteitschecks’ te geven. Om te zeggen: ‘jongens, mooi, die nieuwe milieumaatregelen, maar in de praktijk merken we er niks van.’ Daarnaast probeer ik discussies los te trekken van wat er tussen de verschillende branches in de metaalsector speelt.”

Het voorzitterschap lijkt een ingewikkelde taak.

“Het is ook complex. Ik heb een lijstje gemaakt van de afkortingen van allerlei belangengroepen, het zijn er zo veel. Die lijst moet ik er wel eens bij pakken. Verder leid ik de felle debatten en zorg ervoor dat iedereen elkaar leert te begrijpen. Het zijn taaie vergaderingen, ingewikkeld ook. Maar het is mooi om te doen. Ik doe het ook al tien jaar, dus ik zal wel iets goed doen, haha.”

Welke belangrijke stappen heeft de metaalbouw al gezet?

“Toen de overheid aan de slag ging met duurzaam inkopen, zagen wij dat de milieudata niet op orde waren. Bovendien zaten er te veel onzorgvuldigheden in de rekenmethodes. Dankzij de lobby van het Ketenoverleg Duurzame Metaalbouw is er een Nationale Milieudatabase gekomen, met geharmoniseerde rekenregels voor het beoordelen van de duurzaamheid van bouwmaterialen, waaronder dus metaal. Dat is een behoorlijk succes gebleken, want de Nationale Milieudatabase is nu de basis voor alle duurzaamheidsberekeningen in de bouw. Natuurlijk, er blijven altijd discussies bestaan. Bijvoorbeeld, de houtbranche zal de recyclewaarde van hout niet mee willen tellen, de staalbranche die van staal wel. Maar goed, er is een level playing field voor alle materialen. We zijn er trots op dat we destijds dat initiatief hebben genomen.”

En daarnaast?

“Je kunt wel eenduidige rekenregels hebben, maar als je wilt verduurzamen, dan zul je ook grenswaarden moeten stellen; de maximaal toegestane milieu-impact van metaalsoorten. Daarom hebben we ook gelobbyd voor grenswaarden. Die zijn er nu.”

Foto: Allpro

Wat is de volgende stap om de metaalbouw te verduurzamen?

“Willen we de metaalbouw sneller verduurzamen, dan zullen we hergebruik moeten stimuleren. Maar om staal te hergebruiken, moet het materiaal opnieuw gekeurd worden, met een CE-keurmerk. Daar zit allerlei ingewikkelde regelgeving aan. Dat kan echt veel eenvoudiger. Daar werken we aan.”

Hoe zit dat eigenlijk met uw producten?

“Die zijn allemaal CE-gekeurd. Daar hebben wij certificaten voor. In mijn branche, die van gevelpanelen, is dat geen vanzelfsprekendheid. De reden daarvan is simpel en begrijpelijk: er wordt niet op gehandhaafd. Natuurlijk probeer ik mijn collega-ondernemers te overtuigen om dit wél te doen, maar ik vind dat niet primair mijn taak. Ik vind het aan de overheid om ingevoerde wetten en regels ook goed te handhaven.”

Bovenop gelijke spelregels, grenswaarden, eenvoudige keurmerken dus ook scherpe handhaving?

“Precies, handhaving is cruciaal. We hebben in Nederland veel regels, maar handhaven gebeurt maar mondjesmaat. We zijn al jaren bezig met de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen. Die invoering van die wet is al een aantal keer uitgesteld, maar onze hoop is dat er binnenkort ook écht op bouwkwaliteit wordt gehandhaafd. De invoering van de nieuwe Wet kwaliteitsborging voor het bouwenstaat nu gepland op 1 juli 2022. We zijn er groot voorstander van.”

Alle inspanningen van de metaalsector ten spijt, maar staalbedrijven, en Tata Steel in het bijzonder, staan maatschappelijk best onder druk. Hoe ziet u dat?

“Ik snap het, maar het is geen nationale discussie natuurlijk, maar een mondiale. Tata Steel is een modern staalbedrijf, met moderne technieken. Dat het beter en schoner kan en moet, is ontegenzeggelijk waar. Maar de CO2-belasting van een ton staal uit IJmuiden is nog altijd lager dan een ton staal uit China. Tata Steel dichtdoen? Dan heb je rond IJmuiden misschien een probleem opgelost, maar ben je wereldwijd natuurlijk geen steek opgeschoten. Met ons Ketenoverleg Duurzame Metaalbouw streven we hier in Nederland, maar ook op Europees niveau, naar een zo duurzaam mogelijke staalproductie.”

Bent u positief gestemd over de verduurzaming van de metaalsector?

“Jawel, staal heeft goede eigenschappen. Sinds het harmoniseren van de rekenregels komt metaal er goed uit, afgezet tegen hout en beton. Dat komt met name doordat staal goed te recyclen is. Je kunt een stalen gebouw eenvoudiger een nieuwe functie geven dan een gebouw van beton, bijvoorbeeld. Daar is alles al aan elkaar gegoten. Maar dan moeten we dat ook doen! We zullen gebouwen moeten ontwikkelen die adaptief zijn, die tijdens de levensduur eenvoudig kunnen worden aangepast. Van een appartementencomplex naar een ziekenhuis, bijvoorbeeld, en van een winkelcentrum naar een parkeergarage. Aan het einde van de levensduur moet die stalen constructie gemakkelijk kunnen worden hergebruikt. Dus niet omsmelten, maar uit elkaar halen en op een andere manier in elkaar zetten. Dat maakt een gebouw met een stalen constructie pas echt duurzaam, letterlijk.”

“We zullen gebouwen moeten ontwikkelen die adaptief zijn, die tijdens de levensduur eenvoudig kunnen worden aangepast.”

Henk Reijnders, voorzitter KDM